Isolabona
Het mooie eiland
De naam van het dorp Isolabona zegt het al. Isola = eiland, bona komt van buona = mooi.
Isolabona is gebouwd op een kruispunt van twee valleien, op de vlakke plek waar twee waterstromen samenkomen. Isolabona onderscheidt zich van andere dorps- en stadskernen door de ligging, laag in de vallei. Het hoogste punt van het dorp is de burchtruïne van het Castello Doria. Vanaf de burcht is er een prachtig uitzicht op het hoger gelegen Apricale.
De entree van het dorp vanaf de weg door de Nervia vallei gaat via de Middeleeuwse brug over de Nervia. Vanaf deze brug loopt de centrale weg, de Via Veziano, omhoog naar het grote plein.
De centrale weg door het dorp was in de Middeleeuwen de verbindingsweg van het Nerviadal naar het dorp Apricale. De weg sluit via het grote plein aan op de huidige weg naar Apricale.
Aan het grote plein, het Piazza Martiri Liberta, bevinden zich de belangrijkste grote gebouwen. Hier zijn de parochiekerk, het Palazzo Doria en de antieke loggia te vinden.
In vroeger tijden was het plein ook het handelscentrum van het dorp. Nu vormt dit grote plein het hart van het sociale leven van Isolabona. In het Palazzo Doria zijn regelmatig tentoonstellingen te zien, de loggia wordt gebruikt voor verschillende activiteiten.
Ook de kleuterschool en de lagere school hebben hun plek aan het plein. Als de ramen open staan vermengen de kinderstemmen zich met het geroezemoes van de bar.
Het formaat van het plein maakt dat deze heel geschikt is voor de locale sport pallapugno (vuistbal). Deze antieke sport wordt nog levendig beoefend in het binnenland van Ligurië en Piëmonte.
De plattegrond van het dorp heeft een eenvoudig plan. De steegjes hebben uiteindelijk allemaal een verbinding met de centrale weg die van laag naar hoog loopt.
Isolabona is een sprookjesachtig voorbeeld van een typisch Ligurisch burchtdorpje. In de Middeleeuwen gebeurde er veel in het achterland van Ligurië. Onder de burchten werden versterkte woningen gebouwd, voorzien van dikke muren en stevige steunbogen.
In latere tijden verrezen er herenhuizen van de plaatselijke burgerij, rijk geworden door verschillende soorten landbouw, veeteelt en bosbouw.
De huizen van Isolabona zijn gebouwd langs vaste lijnen. De caruggi, de steegjes, bieden pittoreske doorkijkjes en verrassen met schilderachtige hoekjes. Wandelend langs de hoog oprijzende huizen en onder de stenen bogen is het of de tijd heeft stilgestaan.
Toch leeft Isolabona volop. Het is een dorp waar wordt gewoond. Hiervan getuigen de geluiden en geuren die vanuit de openstaande ramen naar buiten drijven. Buiten en in de cafés speelt het leven zich zichtbaar af. Kinderen spelen, aan de tafeltjes wordt gekaart, gegeten en gedronken. En aan de bar wordt passievol gediscussieerd. Italië op zijn best!
Het hoogste punt van Isolabona, bepalend voor de "skyline" van het dorp.
De meeste dorpen in het achterland van de Bloemenrivièra zijn gebouwd op de steile berghellingen. Isolabona is anders. Het dorp heeft zich juist ontwikkeld op een laaggelegen vlakke plek waar het water van de Nervia en van de rivier Merdanzo samenkomen. Vanaf deze lage plek loopt de Middeleeuwse bouw omhoog tot het kleine kasteel, nu een ruïne.
Hoewel de geschiedenis van het dorp gaat terug gaat tot voor de Romeinse oudheid, ademt het dorp nu vooral de Middeleeuwse tijd waarin het dorp verbonden was met de Graven van Ventimiglia en de regering van de Markiezen Doria van Dolceacqua.
De ligging van Isolabona is strategisch. Er is hier uitzicht over twee valleien, de vallei van de Nervia en van de Merdanza. De Heren van Ventimiglia en vervolgens die van Doria hadden daarom op dit punt een verstevigde vesting.
Deze burcht, de Castello Doria, bevindt zich boven de huizen. Het bestaat uit een hoofdtoren omheind door dikke muren met schietgaten. De stenen leiden terug naar de 12e – 13e eeuw. In een tijd waarin vuurwapens nog niet bestonden was het kasteel van Isolabona een voorbeeld van krijgsmacht.
Nu is de burcht opgeknapt en omgebouwd tot een openlucht theater. Dit is recent opgeknapt en de verwachting is dat het theater snel weer in gebruik genomen kan worden.
De parochiekerk van Isolabona is gewijd aan maria Magdalena, beschermheilige van het dorp. Op en rond 22 juli zijn de jaarlijkse patroonsfeesten (Festa Patronale).
Niet alleen het Castello Doria bepaald de ‘skyline’ van Isolabona. Ook de toren van de Santa Maria Maddalena is een gezichtsbepalend herkenningspunt.
De verering van Maria Magdalena is van origine een Provençaalse invloed. De legenden vertellen hoe een scheepje met aan boord o.a. Maria Magdalena niet lang na de dood van Christus aanspoelde aan de Zuid-Franse kust. Maria zou een groot aantal jaren hebben doorgebracht in deze streken waar dan ook veel kerken en ander heilige plaatsen aan haar zijn gewijd.
Zo is zij ook patroonheilige van Isolabona geworden. De rijk versierde kerk is dagelijks open voor de dorpsbewoners en andere bezoekers. De jaarlijkse parochiefeesten met veel muziek, dansen en lekker eten trekken mensen uit de wijde omtrek aan. Wie zijn wortels in Isolabona heeft komt rond deze tijd terug naar het dorp. Hoogtepunt van het feest is op de dag van de Heilige zelf: 22 juli. Dan wordt na de Heilige Mis haar beeld in processie door het dorp gedragen, gevolgd of gadegeslagen door alle inwoners.
Eén van de blikvangers van het dorp is de antieke fontein. Het drinkbare bronwater wat hier uitstroomt wordt nog op dezelfde manier als in de Middeleeuwen opgepompt.
De vroegere bewoners van Ligurië waren meesters in het aanleggen van waterleidingen en irrigatiesystemen. Hiervan getuigt de historische fontein in de hoofdstraat van het dorp, direct na de poort bij de brug over de Nervia.
Op het bovendeel van de fontein is het jaartal 1486 te lezen. Uit de buizen stroomt bronwater. Dit water komt uit een lager gelegen bron verder noordwaarts langs de Nervia (ongeveer bij het Santuario di Nostra Signora della Grazie). Hoewel iets aangepast wordt het water nog steeds via het oorspronkelijke systeem opgepompt.
De fontein heeft een bijzondere, achthoekige vorm. Fonteinen van dit type zijn ook te vinden verspreid door de provincie Cuneo. Een holte op de rand van de omlijsting herinnert aan het slijpen van de messen door o.a. de vroegere slagers.
Vroeger diende de fontein voor de watervoorziening van de huizen en het drenken van de dieren.
Het goed drinkbare water wordt nog steeds gebruikt voor het lessen van de dorst van mens en dier. Bijna dagelijks stappen wielrenners af bij het dorp om hier hun bidons te vullen.
De oven van Isolabona is goed onderhouden en nog steeds in functie. Bij festiviteiten, zoals de Antichi Mestieri in de Kersttijd, wordt er gebruik van gemaakt. Voornamelijk voor het bakken van pizza, focaccia en farinata.
Een ander overblijfsel uit vroegere tijden is de gemeenschappelijke oven in de Via Forno, aan de zuidkant van de Piazza Martini Libertà, het centrale plein.
In vroeger tijden hadden de huizen geen eigen oven om op hoge temperaturen te koken of bakken. Daarom werden broden, koek en hartige taarten gebakken in een gemeenschappelijke oven. Eénmaal per week werd deze houtoven verwarmd waarna de dorpelingen konden komen met hun deegwaren om alles af te bakken.
Alle dorpen in de omgeving hebben een dergelijke centrale oven, in veel van de dorpen is dan ook een Via Forno te vinden. Net als een centrale wasplaats trouwens. Die is er in Isolabona niet - wassen werd in de rivier gedaan.
Net buiten het oude centrum, langs de weg door de vallei, staat het sanctuarium van de Madonna delle Grazie. Dit kleine Heiligdom is rijk beschilderd. De oudste schilderingen dateren van ongeveer 1490.
Stroomopwaarts langs de Nervia, direct aan de doorgaande weg door de vallei, staat het Heiligdom van de ‘Madonna delle Grazie’. Van dit rijk beschilderde sanctuarium wordt gezegd dat het één van de favoriete plekken was van Prinses Gracia van Monaco.
De oudste schilderingen dateren van ongeveer 1490. De schilderingen zijn in de stijl van Canavesio, van wie belangrijk werk in de parochiekerk van Pigna te vinden is.
Iets minder dan 100 jaar later zijn de Renaissance schilderingen waaronder de Boom van Jesse aangebracht. Daarnaast zijn er afbeeldingen van ongeveer 350 jaar geleden die de verhalen uit het leven van de Heilige Maagd illustreren.
Net als de Santa Maria Maddalena is ook het Santuario della Nostra Signora delle Grazie dagelijks geopend. Om de schilderingen te bewonderen, voor een meditatief moment of om een kaarsje te branden. Vele generaties bewoners van Isolabona hebben iets achtergelaten in de Heilige ruimte. Deze devotie gaat tot op de dag van vandaag door.
De sentiero vanaf de burcht bij Isolabona tot de Prati de Gonté (en Camping Delle Rose) ontleent zijn naam aan de antieke steenoven, ‘cupeia’ of 'cupeira' in het plaatselijke dialect.
Sentiero CupeiraBij de ruïne van het Castello Doria is een uitkijkpunt met zicht op Apricale in de Merdanzo vallei. Vanaf hier begint De Via Cupeia of Cupeira. Dit oude pad leidt over de berg en heeft een aansluiting gekregen met de Prati di Gonté waar tegenwoordig Camping Delle Rose is gevestigd.
Het smalle pad biedt prachtige uitzichten op Isolabona en de Nervia vallei. Het passeert overblijfselen van het vroegere boerenleven. Maar ronduit spectaculair zijn de restanten van de historische steenoven.